woensdag 5 februari 2014

zorgelijk

Het is ongeveer acht jaar geleden dat we hulpverleningsland binnen stapten. Na jaren van moeite, grote inzet, vechtlust en eigenwijsheid waren we tot de conclusie gekomen dat het zo niet verder kon. Ons gezin, onze kinderen en wijzelf dreigden ten onder te gaan. Wij hadden hulp nodig. Waar het opgroeien door en opvoeden van kinderen bij anderen vanzelf leek te gaan, kostte het ons al de grootste moeite een middag zonder ruzie, vechtpartijen en ontploffende kinderen door te komen, laat staan een dag. En de dagen duurden lang bij ons thuis, want geen van de kinderen ging ’s avonds slapen en twee van de kinderen werden ’s nachts geregeld wakker. Wij liepen op ons tandvlees en zagen geen andere uitweg meer dan om professionele hulpverlening vragen.
Het was geen makkelijke stap. Ik schaamde me. Ik voelde mij een slechte moeder. Ik faalde. Want wie kan nou zijn kinderen niet in bed krijgen en houden? Wat voor moeder weet niet hoe het kan dat haar kinderen op straat lopen terwijl de voordeur, achterdeur en poort op slot zitten? Wat voor ouder kan niet voorkomen dat kinderen autosleutels pakken en de auto starten? Wat voor moeder is er bang voor haar eigen vijfjarige zoon? Maar tegelijkertijd wist ik zeker dat we deze stap moesten zetten om erger te voorkomen. Want mijn wanhoop was zo groot geworden dat ik mijzelf af en toe niet meer vertrouwde bij de kinderen in de buurt. Tot nu toe was het me gelukt op tijd weg te lopen, maar hoe lang zou het nog duren voor de wanhoop, de vermoeidheid en de moedeloosheid me dingen zou laten doen waar ik spijt van zou krijgen?

Het was de tijd van de wachtlijsten. Hoewel we particulier binnen een aantal weken een goede, stevig onderbouwde diagnose hadden stagneerde de hulpverlening. Voor ons nog zoveel wachtenden. Voor ons mensen die nog langer dan wij in wanhoop hadden geleefd. Voor ons mensen die in een situatie zaten die als zorgwekkender werd gezien dan de onze.
Weer wankelde mijn zelfvertrouwen. Ik stelde mij vast aan, ik zeurde, mijn kinderen gaven geen problemen, ik kon gewoon niet opvoeden. En ik hield mijn mond over hoe ernstig de situatie echt was. Ik vertelde niet dat ik bang was voor mijn eigen kind. Ik vertelde niet dat ik ’s morgens niet wilde opstaan omdat de dag dan zo lang zou duren. Ik zei niets over de agressie van de middelste, de woede-uitbarstingen van de oudste. Ik zweeg over nachtelijk gehuil van de jongste. Tot het moment dat ik bijna brak. Heel zachtjes en heel voorzichtig fluisterde ik wat mensen toe dat ik de wanhoop van mensen die hun kinderen mishandelden begreep. En plots stonden we wel bovenaan de wachtlijst. Geen moment te vroeg. Eigenlijk vele momenten te laat.

De hulpverlening kwam goed op gang. Hoewel het echt niet altijd vlekkeloos verliep en ik zeer zeker meningsverschillen heb gehad, hielp het ons overeind te krabbelen. En na enige tijd durfden we weer een beetje op ons zelf te vertrouwen. Ik leerde dat ik mijn kinderen heel goed ken en leerde daar op te vertrouwen. Ik leerde wat ik kon doen met de dingen waar zij tegenaan liepen, hoe ik ze kan begeleiden, wat tot kortsluiting kan leiden en wat ik kan doen om de schade van kortsluiting te beperken.
En na zeven zeer intensieve jaren durf ik te zien dat het goed gaat. Wij als gezin zijn verder gekomen dan ik ooit had durven hopen. Mijn kinderen hebben obstakels overwonnen die ‘normale’ volwassenen niet langskomen. Ze hebben zich goed ontwikkeld. Zo goed dat twee van hen naar regulier onderwijs over gaan. Maar zonder professionele hulpverlening en speciaal onderwijs hadden we het niet gered.
Dankzij de hulpverlening kregen we inzicht in de dingen waar onze jongens tegenaan liepen. Ik leerde begrijpen wat zo’n obstakel voor hen betekende. Ik kreeg handvatten om onze levens zo in te richten dat het iedereen houvast gaf. En ik leerde vooral wanneer ik welk instrument moest inzetten. Toen de basis goed was, maar er struikelblokken bleven, zijn we begeleid in de keuze voor medicatie. Onze waarnemingen en ervaringen waren daarin leidraad.
Kortom, wij hebben het getroffen met de professionaliteit en kwaliteit van de hulpverlening. Hierdoor is de drempel om toe te geven dat er veel mis was in ons huis ernstig verlaagd. Deze mensen twijfelden namelijk niet aan onze liefde, onze inzet en onze intentie. Deze mensen begrepen hoe lastig het is om drie jongens met een gedrag- en ontwikkelingsstoornis op te voeden. Om dag in, dag uit, 24 uur per dag, zeven dagen per week, bezig te zijn met het hele gezin en huishouden in goede banen te leiden. Hoeveel energie het vreet om steeds weer tegen vooroordelen, meningen en afkeuring op te lopen. Om te blijven vechten voor een goede toekomst.

Nooit ben ik vergeten hoe diep ik moest vallen voor ik durfde te vragen om hulp. Nooit ben ik vergeten hoe ik me schaamde en daarom onze gezinssituatie bagatelliseerde. Nooit ben ik vergeten dat ik door de afkeuring die ik voelde de mensen in mijn omgeving niet meer recht in de ogen durfde te kijken. En nooit ben ik vergeten wat voor wereld er open ging toen het gedrag van mijn jongens kon worden verklaard vanuit een diagnose.
En nu wil men de hulpverlening meer toe vertrouwen aan diezelfde omgeving. Nu moet er eerder tot hulpverlening komen, dus voordat je aan jezelf kunt toegeven dat je het niet alleen meer kan. Nu wil men dat er minder snel een beroep wordt gedaan op professionele, want dure, hulpverlening. En oja, men wil vooral dat er niet meer benoemd wordt wat de problemen zou kunnen veroorzaken want dat is etiketten plakken. Opvoedproblemen horen namelijk niet thuis in de medische wereld.
En nog vinden mensen het vreemd dat je je zorgen maakt over de transitie van de jeugdzorg.


Dit stuk heb ik geschreven naar aanleiding van de transitie jeugdzorg. Hoe mooi het ook klinkt, het willen voorkomen dat kinderen in een hokje worden geplaatst en er wordt gekeken vanuit beperking ipv mogelijkheid, is er nog steeds grote onduidelijkheid wie nu eigenlijk gaat kijken of een kind naar een kinderpsychiater mag, wanneer er wel gaat worden gekeken naar een mogelijke diagnose en wie dat dan mag gaan onderzoeken. Als moeder van drie zonen met gezamenlijk zeven etiketten durf ik te zeggen dat wordt overschat hoe makkelijk mensen om hulp vragen, met hun kinderen naar hulpverlening gaan en hun kinderen vol stoppen met medicijnen, een beeld wat nu toch geregeld naar voren komt. 
Natuurlijk wordt er ook hier misbruik gemaakt van de zorg, wordt er gefraudeerd en wordt er geld over de balk gesmeten, maar tegelijkertijd met het aanpakken van verkwisting wil men zeer veel kennis en expertise overboord gooien.En uit ervaring weet ik dat veel van deze kennis niet via boekjes te verkrijgen is.


7 opmerkingen:

  1. Lieve schat, ik heb jullie strijd en doorzettingsvermogen van de zijlijn gezien en toen ik laatst een avond mocht oppassen, heb ik gezien hoeveel werk jullie met elkaar samen met de hulpverlening hebben verzet. Het zijn zulke leuke jongens geworden die idd een beetje anders zijn dan gemiddeld, maar ach, wat heet gemiddeld.... ook ik maak me zorgen over de transitie, werken vanuit mogelijkheden vind ik goed, maar dat kan alleen als je de uitdagingen ook helder hebt. Want het gaat altijd om de complete mens in interactie met zijn omgeving,pas als we met z'n allen daar naar durven te kijken zonder oordelen, krijgt iedereen de kans zijn ware potentie te leven. Dat is iets wat onze hele maatschappij mag leren en deze bijzondere kinderen leren ons dat.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. ik maak mij al langer zorgen over de 'maakbare' maatschappij. Beperkingen bestaan niet, de sky is the limit, als je maar echt wilt kun je alles. Het is zo'n wassen neus. Ja, veel dingen zijn je eigen verantwoordelijkheid. En ja, wanneer je vanuit mogelijkheden kijkt zie je meer dan wanneer je van beperking uit gaat. Neemt niet weg dat die beperkingen er wel zijn en shit stil happens

      Verwijderen
  2. Ook ik maak me ernstig zorgen om de ontwikkelingen in Zorg en Welzijn. Hoe goed participatie vanuit de maatschappij ook kan zijn, er blijft altijd professionele hulp nodig. Niet alleen voor de ergste gevallen, voor iedereen. Professionals die in ieder geval de regie over begeleiding in handen hebben.
    Ik zit in een andere tak van spart die jij maar zie dezelfde slechte ontwikkelingen.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. inderdaad, andere tak, maar dezelfde ontwikkelingen. Ik kan me erg vinden in jouw visie over de regie

      Verwijderen
  3. Respect. Met de hoofdletter R.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Geen zon zonder schaduw..... en iedereen heeft zijn eigen taak in de samenleving, we hebben idd die professionals nodig zoals Carel zegt en een duidelijk beeld van de uitdagingen (beperkingen, Sorry, mijn beroeps deformatie om ze uitdagingen te noemen....) die zorgen dat we sommige mensen moeten helpen hun eigen verantwoordelijk te dragen. Eigen verantwoordelijk is niet hetzelfde als eigen schuld......

    BeantwoordenVerwijderen