Een paar weken geleden was ik op zoek naar een
even-tussendoor-haakproject. Een even-tussendoor-haakproject is een project wat
gemaakt wordt van één soort garen, in één kleur of kleurverloop, met een
relatief simpel herhalend patroon.
Het project moet makkelijke mee te nemen zijn.
Eenvoudig weg te leggen en weer op te pakken. Een project wat makkelijke in de
trein, in een wachtkamer of andere plekken waar je tijd zit te verdoen kan
worden gepakt als bezigheidstherapie. Een project wat je makkelijk even tussendoor pakt en haakt.
Al snel viel mijn oog op een sjaal van verloopgaren.
Ten eerste omdat ik gek ben op sjaals haken. Ten tweede ben ik verzot op
verloopgaren. Verloopgaren heeft altijd een verrassend effect. Precies het
soort verrassing waar ik gek op ben. Het patroon was simpel. Verder dan tot
vier tellen was na de opzet niet meer nodig. Een ideaal project.
Vlak nadat ik de sjaal gestart was werd mijn vader
ziek en opgenomen in het ziekenhuis. Wanneer ik hem ging bezoeken ging mijn haakwerk mee.
Juist voor dit soort momenten is een even-tussendoor-project bedoeld.
Tijdens het zitten naast zijn bed was het een prettig
om iets om handen te hebben om de tijd een beetje te doden. Dat er niet teveel
bij nagedacht hoefde te worden was erg prettig want ik heb nog wel aardig wat
stukjes uit moeten halen omdat mijn hoofd toch even was afgedwaald bij het tot vier
tellen.
Helaas werd mijn vader niet meer beter. Hij overleed
op vrijdag 15 februari. De impact van zijn overlijden heeft mijn wereld
veranderd.
In de drukke periode na papa’s overlijden sleept ik
mijn haakwerkje overal mee naar toe. Het kwam alleen niet meer uit de tas. Mijn
hoofd zat te vol. Mijn handen waren te onrustig. En de sjaal was voor mij
verbonden met zijn ziek zijn en zijn overlijden.
Na de uitvaart nam ik mij heilig voor geen ander
project te haken voor deze sjaal af was. Maar dat was minder eenvoudig dan ik
op voorhand dacht.
Ik had geregeld geen zin in haken. Als ik haakte dan
schoot het niet op. Of ik legde het haakwerk na drie of vier toeren al weer weg
om wat anders te gaan doen. Niet dat ik een hekel had aan die sjaal of aan het
haken. Maar alles voelde tijdens het haken zwaar, langzaam, mistig, stroperig.
papa en ik op mijn trouwdag |
Een maand later is de sjaal eindelijk af. Het is een
opluchting en een teleurstelling tegelijkertijd. Nu pas begrijp ik mijn weerzin
de sjaal af te maken. Nu voel ik hoe dit haakwerk mij verbond met die uren bij
papa’s bed. Het laatste samen zijn. De vanzelfsprekendheid. Het laatste vader
en dochter zijn.
Een simpele sjaal is een metafoor geworden. Ik weet
alleen niet precies waarvoor.