Ik ben een redelijk mens. Als je mij met argumenten
aanspreekt op mijn meningen of keuzes ben ik altijd bereid te luisteren. Ik ga
zelfs nog verder dan dat. Ik ben volledig bereid mijn mening bij te stellen of
mijn keuzes te herzien. Zelf vind ik dit een van mijn beste eigenschappen. Het
stelt mij in staat mijn eigen argumenten onder ogen te zien en eventuele
vooroordelen aan de kant te zetten.
Maar zoals altijd zit er aan deze goede eigenschap ook een
slechte kant. In de tijd waarin ik veel en ingrijpende beslissingen moest
nemen, voedde mijn redelijkheid mijn onzekerheid. Bij elk argument wat een
ander aandroeg sloeg de twijfel over mijn keuze toe. Als er dan nog een
argument op tafel kwam, steekhoudend of niet, won mijn onzekerheid het en
maakte een andere keuze. Dit pakte in een aantal gevallen niet goed uit. De
keuzes die ik had gemaakt voelden niet als de mijnen waardoor ik er niet 100 %
achter stond. Niet erg handig als je wel op deze keuzes wordt aangesproken.
Vlak voor het tijdstip waarop ik overspannen werd verklaard,
zag ik nog een nadeel van mijn eigen redelijkheid. Omdat ik zelf mijn best deed
altijd redelijk te zijn, zag ik pas laat in dat daar geregeld onredelijkheid
tegenover werd gezet. Men kwam wel met argumenten maar als ik deze had
weersproken of zelfs weerlegd kwam men niet met nieuwe argumenten maar
herhaalde gewoon de oude. Ondanks al mijn redelijkheid werd er dus niet
geluisterd naar mijn argumenten voor of tegen iets, men ging er van uit zelf de
wijsheid in pacht te hebben en ik was waarschijnlijk te dom, te geƫmotioneerd
of te koppig om dat in te zien. En daar had ik helemaal geen zin meer in. Je
mag van mij alle redelijkheid verwachten die ik in me heb maar dan verwacht ik
dat je mij precies hetzelfde geeft. Blijven onze standpunten dan toch
verschillend dan zullen we allebei moeten accepteren en respecteren dat we van
mening verschillen. Punt.
Het blijkt dat deze houding niet erg prijs gesteld wordt.
Vooral in hulpverleningsland stuit het geregeld op onbegrip. Het heeft me zelfs
meerdere keren in een heftig conflict gebracht. Er werd mij gevraagd een keuze
te maken waar mijn gevoel en mijn verstand het niet mee eens konden zijn. Ik
slikte mijn emotie weg en sprak ze aan op hun argumenten, vertelde waarom ik
het niet met hun argumentatie eens was. Dat werd niet op prijs gesteld. Iedere
keer werd me voor de voeten geworpen dat ik niet zo onredelijk moest zijn en
hun kant van de zaak moest bekijken. Het zal geen verrassing zijn dat zo een
opmerking erg kwetst als je continu bezig bent met het afwegen van je eigen en
hun argumenten en dus de discussie in alle redelijkheid hebt gevoerd. Nu ben ik
intelligent genoeg om te weten dat deze mensen op dat moment net zo uit emotie
reageren als elk ander mens wat meent het beste voor te hebben met de ander,
maar toch doet het zeer. Tegelijkertijd is zo’n opmerking weer een uitstekende
voedingsbodem voor mijn altijd aanwezige onzekerheid. Ben ik echt wel zo redelijk
als ik zelf denk? Houd ik niet veel te koppig vast aan mijn eigen overtuiging? Heb
ik deze beslissing uit emotie genomen? Uiteindelijk is de conclusie toch dat
geen van voorstaande het geval was, maar voordat ik zover ben zijn we al snel
weer 3 slapeloze nachten verder.
Van deze conflicten heb ik geleerd toch weer wat minder
voortvarend in discussies te stappen. Kort geleden is mij gevraagd een
beslissing te herzien (dat gebeurt nog al eens als je met hulpverlening te
maken hebt) Ik heb geluisterd naar de argumenten, heb ze een keer herhaald en gezegd
dat ik erover na zal denken en hun argumenten zal meenemen in mijn afweging. Dit
alles heb ik gedaan en ik heb besloten mijn keuze niet te herzien.
Wat denk jij, is dat onredelijk of mag ik grenzen stellen
aan mijn eigen redelijkheid?