Vroeger was ik wat men noemt een ‘pittig’ kind. Het leek
wel of ik wat filters miste. Zowel alles wat binnenkwam als wat er uitkwam was
heftig. Indrukken, emoties, adrenaline, het weer, stemmingen zowel van mijzelf
als van anderen, afwijzing, plezier. Niets was gematigd, alles was in standje
overdrive.
Het gebeurde dan ook zeer geregeld dat ik me dan zeer
overweldigd voelde door gebeurtenissen. Als ik dan zo overliep dan wilde ik
alleen nog maar weg zijn. Het allerliefste stopte ik met bestaan maar als
alternatief liep ik weg bij de situatie, de emoties, de onmacht.
Weglopen:
ervandoor gaan en niet meer terugkomen
Bij ons om de hoek stond een school. Aan de ene kant van
de school waren de diverse schoolpleinen. Aan de andere kant was er een enorm
grasveld omzoomt door een hegje. Op dat grasveld stonden wat bomen waaronder
een treurwilg en een walnotenboom.
Na wat doelloos rondlopen belandde ik altijd bij deze
twee bomen. De treurwilg omdat het altijd voelde alsof deze net zo verdrietig
was als ik. De walnotenboom omdat je daar relatief makkelijk in kon klimmen en
daar dan een fijn beschut holletje had tussen de stam en een aantal takken.
Daar kon ik mezelf weer vinden en tot rust komen.
Tijdens een therapiesessie kwam de herinnering aan deze
walnotenboom boven drijven. Ik ben daarna een keer met de auto in de buurt
geweest maar zag dat het grasveld grotendeels was opgeofferd aan meer
speelruimte omdat de basisschool enorm is gegroeid en tegenwoordig ook een bso
huisvestigt. Of de bomen die me in mijn jeugd zo dierbaar waren er nog staan
heb ik zo snel niet kunnen zien. Binnenkort als ik bij mijn moeder ben maar
eens een wandelingetje maken en heel hard hopen dat ik niet teleurgesteld word.
p.s. op Google streetview vond ik mijn antwoord. De walnotenboom staat er nog, de treurwilg niet meer.de walnotenboom (screenshot van Google streetview)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten