dinsdag 3 mei 2016

#sg16 - Kok


Vandaag neem ik een kijkje op het blog van Carel. Even spieken wat voor woord hij dit keer heeft bedacht voor #sg16. Wie weet inspireert het me. Wanneer ik het lees, schiet ik in de lach. Geen erg nette reactie maar ik moet denken aan een van de redenen die hij ooit opgaf om #sg16 te starten, het veelal foutieve gebruik van spreekwoorden en gezegden, de verhaspelingen. En laat ik toch meteen moeten denken aan de grootste verhaspeling die ik op spreekwoordgebied ken! Na lang nadenken over andere spreekwoorden en kort twijfelen of ik dan toch de verhaspeling zal nemen als onderwerp neem ik een besluit. Ik doe het.


Het is al een aantal jaren geleden dat manlief en ik een item werden. En zoals zoveel jonge items wilden we vooral heel veel bij elkaar zijn. Ik woonde in een klein studentenkamertje, manlief woonde met enkel zijn moeder in een grote eengezinswoning. Tel daar bij op dat daar altijd eten in huis was en ik moest rondkomen van een studiebeursje en een ieder zal begrijpen dat we veel tijd doorbrachten bij manlief thuis.

Zoals gemeld woonde manlief thuis bij zijn moeder, een vrouw die hem de liefde voor taal en taalspelletjes met de paplepel had ingegoten. Ik leerde een heel nieuw arsenaal aan woordgrappen.
Zo deed mijn knalrood geverfde haar mijn schoonmoeder uitroepen: “C’est trop tard!” een zin die de punchline bleek van wat vroeger bij haar thuis een populair mopje was.
Ik leerde wat mumsels zijn. En wat poekeltjespap is. Maar wat ik vooral leerde was het opzettelijk verhaspelen van spreekwoorden. Uiteindelijk is enkel die van die kok blijven hangen, maar die is dan ook zo sterk overeind gebleven dat ik altijd even moet nadenken hoe het oorspronkelijke spreekwoord ook al weer ging. Want ik heb de kok wel horen fluiten,  maar ik weet niet waar de lepel hangt.

Wat ik nou het allerleukste vind? Dat het oorspronkelijke spreekwoord zo lekker verwoord wat hierboven fout zou kunnen zijn gegaan.


2 opmerkingen: