donderdag 15 december 2016

#WOT deel 50

Dictee ~ 1) Bijzondere taalles 2) Dictaat 3) Diktee 4) Iets zeggend laten opschrijven 5) Schrijfoefening 6) Spellingsoefening 7) Spellingstoets 8) Spellingtoets 9) Speloefening 10) Speltest 11) Stijloefening 12) Taaloefening

Nee , ik doe niet mee aan het Groot Dictee. Ik vind het altijd nog al langdradig waardoor bij mij de verveling toeslaat. Ook vind ik dat de teksten en het woordgebruik verre van natuurlijk is. Ik snap dat er in een dictee lastig te spellen woorden dienen voor te komen maar het groot dictee lijkt vaak meer op een verbintenis van lastige woorden, barbarismen, encyclopedische termen en spelvalstrikken. Hoe anders herinner ik mij de dictees van de lagere school.

We zullen ongetwijfeld al eerder dictees hebben moeten maken maar mijn herinneringen eraan starten in klas vier. Meester Lunsing dicteerde wekelijks een paar zinnetjes in voorbereiding op de grote dictees voor een cijfer. En met die paar zinnetjes per week heeft hij in ieder geval mij behoorlijk geconditioneerd.
Wekelijks schreef ik woorden als onmiddellijk (denk erom, dubbel d dubbel l) enigszins (pas op, je hoort hem niet maar hij staat er wel) commissie (dubbel m) comité (deze niet, deze enkele m en denk om het streepje) haviken, monniken, twijfel en weifel op. Zoals je ziet hoor ik terwijl ik ze opschrijf het nakijkcommentaar weer. Grappig hoe die dingen zich in mijn geheugen hebben vastgezet.
Op de middelbare school kwam daar nog de plaaggeest van menig gymnasiast bij:  ad rem. Wee degene die het aan elkaar durfde te schrijven. De preek over klassieke talen en leenwoorden klonken nog dagenlang in de lessen Nederlands.
Aan deze dictees had ik zeker geen hekel. Ik was er goed in. Door de vele herhaling haalde ik geregeld een tien op deze spellingsoefening. Een simpele manier om mijn cijfer flink op te krikken.


Ook achteraf denk ik dat deze vorm van oefenen mij zeker heeft geholpen. Vooral ook omdat er zoveel veel gebruikte woorden werden geoefend. Nog steeds schrijf ik abonnee in een keer goed. En ook wijds en weids worden niet verwisseld. Ik zou ook niet durven. Daarvoor ga ik iets te prat op mijn meer dan redelijke beheersing van de spelling der Nederlandse taal.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten